dinsdag 3 september 2013

Met de Parel op weg naar Whitby


Whitby 2013
Na de Small Ships Race met de Toerzeilers naar Lowestoft, leek ons nu de tocht naar Whitby een leuke uitdaging met onze 7,35m lange North Beach 24. We zijn in 2010 al eens als opstapper mee geweest naar Whitby op de Iris, een Winner 10.10. In de voorbereiding bestuderen we eerst de kaarten maar eens grondig. De meest voor de hand liggende route, een vrijwel rechte lijn van IJmuiden naar Whitby voert door een gas- en oliewinningsgebied wat betekent dat je onderweg tientallen boorplatforms tegenkomt.
Op zich geen probleem maar afstand houden en op blijven letten. In de week voor vertrek laten de weerkaarten zien dat er zaterdag van vertrek een zuidelijk 7 beaufort zal staan in het kanaal die ook een deel van de zondag blijft. Daarna draait de wind naar west hetgeen betekent dat je het laatste stuk naar Whitby moet kruisen. We bedenken een plan waarbij we vrijdagavond al vertrekken, dan met matige wind oversteken naar Smiths Knoll, vanuit IJmuiden dus eerst pal west. Vanaf Smiths Knoll gaan we dan Noord West, zodat we nog een bezeild rak naar Whitby hebben bij de te verwachten w-windrichting. Ook is de wind voorspelling voor de Engelse Oostkust minder dan de 30 knopen in het kanaal. Nadelen zijn er ook, een langere weg en bij Smiths Knoll liggen een aantal zandbanken waar je tussendoor moet.
In het vrijdagavond palaver leggen we ons plan voor en meer boten blijken al op vrijdagavond te willen vertrekken en eerst zoveel mogelijk west te gaan en dan omhoog.
Om 22.00 uur gooien we los en gaan we, de andere boten wachten het 23.05 marifoon weerbericht af en gaan dan ook.
De wind blijkt minder zuidwest te zijn dan we hoopten dus we komen wat hoger uit en dreigen in het nieuwe TSS terecht te komen, even later valt de wind geheel weg en daarom gaat de motor een paar uurtjes bij.
Eenmaal bij de diep water route aangekomen kan de motor uit en het zeil bij. Van de windvaan blijkt echter een boutje verdwenen zodat het niet werkt. Na reparatie werkt ie prima en mag dus de rest van de weg sturen.
Voor de navigatie maak ik gebruik van een Garmin hand gps met kaart. Dezelfde kaart heb ik ook in de laptop, daar maak ik de route en eventuele vluchtroutes naar havens aan en dan hoef ik op de hand gps die in de kuip hangt alleen nog maar over het lijntje te varen. Perfect. De laptop biedt in combinatie met Seaclear ook AIS informatie zodat ik, op welliswaar oude ingescande kaarten, voldoende zicht en info heb van het scheepvaartverkeer om ons heen. Om helemaal up to date te zijn heb ik recente papieren Imray kaarten en de 1801 aan boord. Ook de Ipad is voorzien van de nieuwste Imray kaarten + gps en kan in geval van nood ook helpen bij het navigeren. Kortom, als er electronica dienst weigert hebben we nog een reserve over.
Al snel is de wind voldoende en uit de juiste richting om ons met een 4-5 knopen richting Smiths Knoll te voeren. Onderweg hebben we om de 3 uur marifooncontact met de andere schepen van de groep. Mr Vee, de windvaan doet het prima op deze aan de windse koers en met de handen vrij draaien we wachten van 3 uur, zodat steeds één kan slapen en de ander zeilen. Zo gaan we door de nacht en wordt het om een uur of 5 weer licht.
 Aan het eind van de zaterdagmiddag begint de voorspelde harde wind door te zetten en loopt de snelheid op. De golven worden hoger en af en toe krijgen we buiswater of een golftopje in de kuip. We zetten een luikje in de ingang om binnen droog te houden. De voorspelde 30 knopen wind lijken er inmiddels te zijn. Tegen 18.00 uur zijn we bij Smiths Knoll en kunnen we een ruimere noordelijker koers voor gaan liggen. De zee is best onstuimig, de golven hoog, de wind hard en ons bootje maar 24 voet. Nu komt het stuk waarvan we dachten wat minder wind te hebben maar dat valt tegen. Onderweg bleek de ipad geen gps gegevens te willen geven zodat navigeren op de  Imray kaart voor dit gebied niet goed kan. We moeten tussen een aantal ondieptes door wat met harde wind branding en grondzeeen op kan leveren. Nauwkeurige navigatie is dan uiterst belangrijk en dat kan heel goed moet de Garmin hand gps met ingeplande route. Maar mocht die uitvallen dan wordt het lastig. Er bekruipt me een onbehaaglijk gevoel en twijfel of dit wel een verstandige weg is om te gaan. Nu nog buiten de platen om vraagt een nieuwe route aanmaken in de laptop en met mijn zeeziektegevoeligheid is dat geen favoriete bezigheid, zeker niet met het huidige weer- en zeebeeld. Een andere en heel simpele oplossing is "reverse route" omkeren dus en dezelfde weg terug naar IJmuiden. Dat is in zeilafstand net zover als naar Whitby, alleen dan wel de hele nacht in het heftigst van de storm op zee terwijl voor de route naar Whitby een afnemende wind voorspeld is. Maar voorlopig waait het 6-7 en moeten we eerst nog tussen die banken door in het donker. Als Margaretha na haar slaapbeurt aan dek komt overleggen we kort en kiezen voor IJmuiden. De zekerheid van een heftige en zware weg terug in plaats van het voorspelde "comfort" van doorgaan met het ongewisse risico van de grindbanken van Smiths Knoll. We melden ons besluit via de marifoon aan de groepsleider en dan keren we om.
Donker, windje 7, een kleine honderd mijl te gaan en we hebben eigenlijk al een nacht amper geslapen. Inmiddels blijkt Mr. Vee het niet meer te doen en moeten we de terugweg met de hand sturen. Positief punt, we hebben halve wind en dat is snel en naar verhouding iets comfortabeler dan aan de wind of voor de wind. De golven zijn hoog, af en breekt er naast de boot een zeetje en dan komt er behoorlijk water in de kuip. Af en toe een breker in de kuip, alsof er een enorme bak water over je uitgestort wordt en er enkele centimeters water in de kuip achterblijven.  Daarom sluiten we de kajuitingang en het 3 uurs wachtsysteem verandert want naar binnen gaan betekent vooral veel nattigheid naar binnen, en wel zoute nattigheid, bovendien willen we dat de slaapwacht direct inzetbaar is en dat kan niet als je eerst nog regenpakken aan moet trekken etc. Met deze wind danst en beweegt het schip als een gek en je moet je eigenlijk bij iedere beweging met 2 handen vasthouden zodat kleding aan en uit erg ongemakkelijk en tijdrovend is. Daarom blijft de slaapwacht in de kuip en probeert in hurkhouding voor de kajuitingang te "slapen". We zijn beide voortdurend aangelijnd in de kuip. Het eten beperkt zich tot " repen" en voor het drinken hebben we kleine pakjes appelsap bij de hand. Iets anders klaarmaken is nauwelijks te doen. Toiletbezoek is op zijn zachtst gezegd "lastig" zodat we zo min mogelijk willen drinken. Het is pikdonker, het kompas zit aan de lage kant en is vanaf de hoge kant niet continu af te lezen. Om op te sturen blijft dan de koerslijn op de gps over maar die geeft enigszins vertraagd de info over koerswijzigingen door. Dat is lastig sturen, de wind is inmiddels iets achterlijker dan dwars dus teveel van koers raken kan een klapgijp opleveren, en dat wil je niet. Met een natgeregende bril en continu kijken naar een lichtend gps schermpje zie je verder niets meer om je heen. Geconcentreerd turen en sturen op een verlicht schermpje, bij het inmiddels opgebouwde slaaptekort, is niet het leukste aspect van zeilen. Temeer omdat we nog een paar deep water routes moeten passeren. Bovendien is naar binnen gaan om op de AIS te kijken tijdrovend en omslachtig dus dat beperken we tot het uiterste. We sturen tot de ogen dichtvallen en roepen dan de ander om het over te nemen. Alles is intussen nat en zout en glad zodat wisselen van plaats ook al lastig wordt. Toen het licht was kon je de golven op zien bouwen, een berg water naast de boot zien aankomen, nu gebeurt hetzelfde maar je ziet het niet. Nu komen de brekers onverwacht in de kuip. Wel voel je dat de boot opgetild wordt door een golf en dan kun je een plens verwachten. In de 9 jaar dat we met deze boot varen hebben we nog nooit zo nat gezeild.
En als je op zo'n moment bedenkt hoe ver IJmuiden nog is dan denk je "dit nooit meer". Wat dat "dit" dan precies is moeten we na afloop nog maar eens goed over nadenken. Nachtzeilen is mooi, maar op deze manier een beetje beangstigend. We nemen samen nog even de procedure voor het uitzetten van het reddingsvlot door. We varen met een dubbelgereefd grootzeil en de fok, zonder kluiver, ongeveer een derde van het normale zeiloppervlak, en dan zien we nog regelmatig 7-8 knopen op de teller, waar 5 normaal is voor ons schip. Ik probeer me voor te stellen wat er gebeurt als we met deze snelheid in het stikkedonker ergens tegenaan varen. Maar eigenlijk wil je dat niet weten en we hebben weinig keus.
Op één klapgijp na gaat het prima en begroeten we rond 5 uur weer wat daglicht. Omdat we volgens de gps om 11 uur in IJmuiden kunnen zijn besluiten we te gaan sturen met de autohelm, een stroomvreter, maar dat kunnen we de resterende tijd wel hebben denken we. Het leven wordt weer wat relaxter, met af en toe de ogen een beetje dicht laten we de autohelm zijn werk doen en zo passeren we weer de windmolenparken en kunnen we opsturen naar de pieren van IJmuiden. Precies om 11 uur varen we tussen de pieren en kan in de luwte van de zuidpier het zeil geborgen. Later horen we van de andere deelnemers (met windmeetset) dat ze bij de Engelse kust al 30-35 knopen op de teller hadden, midden op de Noordzee was het aanmerkelijk meer.
Lessen geleerd:
- als er al 30 knopen wind voorspeld wordt kun je beter niet uitvaren.
- als er toch 30 knopen wind staat is de North Beach er goed tegen opgewassen
- in een situatie waarbij je in zoveel wind terecht komt zijn de opties die je dan nog hebt  voor een belangrijk deel afhankelijk van je voorbereiding. Welke routes heb je al voorbereid, welke aanloopbare vluchthavens heb je vooraf bestudeerd en een route voor gemaakt, heb je voldoende handzaam eten en drinken binnen handbereik.
- de boot kan het hebben maar ook als bemanning hebben we het als team goed gedaan vinden we en we kijken daar met voldoening op terug. Leuk is anders maar we kunnen het als het moet wel aan.
- ook bij 30 knopen wind blijft de North Beach 24 onder fok en dubbel rif goed bestuurbaar.
- max snelheid op de gps 11,4 knopen
- ondanks mijn in het verleden vaak bewezen zeeziektegevoelighied heb ik daar dit keer geen last van gehad. Naast de Primatour had ik dit keer een "reliefband" een soort horloge wat elektrische pulsjes afgeeft. Het lijkt geholpen te hebben.